Nederlandse sporen op Takapoto
Vaiarava laat zien waar de kanonnen van de Africaensche Galey liggen weg te roesten
Zo begon het: in een oud boek over de geschiedenis van de Stille Zuidzee (het zuidelijk deel van de Stille Oceaan) las Rob Ruggenberg dat de bevolking van de eilanden het gebruik van ijzer had geleerd van Nederlanders.
In een museum in Tahiti liggen bijvoorbeeld eeuwenoude vishaken die gemaakt zijn van spijkers
Nederlanders? Welke Nederlanders? Er zijn maar een paar Nederlandse schepen in dit gebied geweest. Het bijna niet te begrijpen hoe ver weg Polynesië is . Wij hadden er niets te zoeken.
Of toch wel? Rob dacht aan die rampzalige reis van Jacob Roggeveen, die in de 18de eeuw in dit gebied rondvoer, met drie schepen op zoek naar het mysterieuze Zuidland. Dat Zuidland lag bezaaid met met goud en diamanten, zeiden ze.
Nu weten we dat dat Zuidland niet bestaat. Maar Roggeveen geloofde er heilig in. Halverwege zijn verschrikkelijke zoektocht verloor Roggeveen ook nog eens een van zijn schepen. De Africaensche Galey liep midden in de nacht op een scherp koraalrif dat rond een klein eilandje lag.
Takapoto
In het scheepsjournaal van Roggeveen is te lezen dat bij de mislukte pogingen om het schip vlot te trekken één matroos verdronk (omdat een sloep omsloeg), en dat vijf anderen wegliepen. Die vijf bleven achter op Takapoto — zo heette dat kleine eiland .
De weglopers hadden genoeg van de ellende aan boord, de scheurbuik, de honger en de dorst. Het eiland was groen, er was volop eten, ze hadden mooie vrouwen gezien, en... in het binnenmeer lagen zwarte parels, zoals op deze foto
Vermoord
Jacob Roggeveen verwachtte dat de vijf deserteurs meteen vermoord zouden worden . Ook latere historici gingen daar vanuit. In alle Nederlandse boeken over deze gebeurtenis blijft het daarbij. We hebben nooit meer iets over die vijf gehoord. Einde verhaal dus.
Maar tijdens een mail-wisseling met een Australische taalwetenschapper, dr. Jan Tent (foto rechts ) raakte Rob er van overtuigd dat de vijf weglopers nog een hele tijd hebben geleefd.
In ieder geval lang genoeg om de eilandbevolking een aantal Nederlandse woorden
te leren — en waarschijnlijk ook om ze te laten zien hoe ze van ijzeren spijkers (uit het wrak van de Africaensche Galey) sterke vishaken konden maken!
Hier zit misschien een verhaal in, dacht Rob.
Naar Australië
Hij reisde naar Australië en bezocht in Melbourne de La Trobe universiteit, waar ze een gigantische bibliotheek hebben met oude boeken over Polynesië . Dagenlang las hij in die boeken. Wat hij vond was adembenemend. Plotseling veranderde het hele verhaal!
Want ineens kwamen daar de kannibalen van het eilandje Ana’a om de hoek kijken. In de tijd dat die Nederlanders op dat eilandje achterbleven, werd heel Polynesië geterroriseerd door de krijgers van Ana’a. Die mannen overvielen alle eilandjes in de buurt, aten de mannen op en misbruikten de vrouwen.
John Byron 'ontdekt' Takapoto
In Australië vond hij ook het dagboek van de Engelse ontdekkingsreiziger John Byron die veertig jaar later (in 1765) Takapoto 'ontdekte'. Zie ook deze postzegel
Op het strand van Takapoto zag Byron een flinke oude man met een lange witte baard . Die oude man zou best eens de laatste overlevende van de vijf weglopers kunnen zijn .
Dit wordt een geweldig jeugdboek, besloot Rob.
Eigen onderzoek
Voordat hij aan het schrijven kon beginnen deed hij eerst nog uitgebreid onderzoek op Tahiti, en daarna woonde hij zes weken op Takapoto. Hij sprak daar met bijna iedereen die hij tegenkwam (op het eiland wonen ongeveer driehonderd mensen).
In een kano verkende hij het binnenmeer en de oevers. Hij dook er naar parels en iedere dag zwom hij tussen de haaien.
Avonturen
Tijdens zijn onderzoek op Takapoto bezocht hij alle plaatsen waar de vijf weglopers vroeger rondliepen. Hij sprak met volwassenen en kinderen die exact konden aanwijzen waar de avonturen zich toen afspeelden
De bewoners brachten hem naar de plaats waar vroeger het dorp Moeava lag, aan de andere kant van het eiland .
Kinderen lieten Rob zien waar twee kanonnen van de Africaensche Galey achter een bosje liggen weg te roesten. En anderen brachten hem naar het moeilijk te vinden graf van de verdronken matroos. De beschrijvingen die nu in zijn boek staan kloppen precies.
Op Takapoto spelen nu kinderen op de oude kanonnen van de Africaensche Galey
|